Tayungan (basistechniek)
DANSDit is een basisdans die iedere student leert om de basisbewegingen onder de knie te krijgen.
De bewegingen zijn gesorteerd in groepen van bewegingen, kembangans. Meestal heet de begeleidende muziek ketawang Puspawarna (voor alusan) of ladrang Moncer (voor gagahan). Een andere basisdans is Rantaya.
Voor iemand, die de klassieke Javaanse dans wil leren, is het nodig, dat hij of zij de basisbewegingen onder de knie krijgt. Deze basisbewegingen komen bijna in elke dans voor.
Basisbewegingen zijn aaneengeregen tot een dans, Tayungan genoemd. De Tayungans wordt gebruikt om de beginnende leerling kennis te laten maken met de techniek enz. van de Javaanse dans. Maar ook bij een meer gevorderde leerling blijven zij een belangrijke rol spelen, om zichzelf te perfectioneren, om de juiste lichaamshouding te vinden, om het evenwicht van het lichaam te vinden - dat voor een ieder verschillend is - maar ook om de Javaanse gamelan-muziek te leren kennen en ontleden en om enig gevoel van binnenuit te leren ontwikkelen. Tayungans worden verder als een soort warming-up gebruikt bij de lessen.
Deze basisbewegingen behoren langzaam, nauwkeurig en precies volgens de regels in de Tayungan te worden uitgevoerd. Deze Tayungans zijn dan ook vooral in het begin heel zwaar er vergen veel inzet en doorzettingsvermogen. Het is zeer belangrijk in deze beginperiode de juiste bewegingen en houdingen aan te leren, want later afleren, wat men in het begin verkeerd aangeleerd heeft, is erg moeilijk.
Pas wanneer de basis is gelegd, kan er begonnen worden aan een echte dans. De tijd hiervoor is, naar gelang van ieders talent, tussen drie maanden en een half jaar. Noodzakelijk is daarbij, dat men thuis vaak oefent in deze basis, des te eerder beheerst men deze Tayungans.
De meest voorkomende figuren in de Tayungans zijn:
- Jengkeng, dat is het neerknielen op de grond
- Silah, dat is het neerzitten op de grond
- Sembahan, dat is het uitbrengen van de groet
- Tancep, dat is de staande uitgangshouding
- Sabetan, dat is de volledige openingsbeweging
- Besut, dat is een verkorte openingsbeweging
- Lumaksono, dat is het zich met passen voortbewegen
- Ombak Banyu, dat is het stoppen na het lopen en een pas achteruit doen
- Trisik, dat is het zich snel voortbewegen
Verder is een Tayungan opgebouwd uit verschillende Kembangans, dit zijn basis dansmotieven, samengeregen door bovenstaande figuren. Hieronder volgen de namen van de Kembangans in volgorde van opvoering in de Tayungans:
Kembangan Tayungan Gagahan
- Kambeng
- Kalang Kinantang
- Bapangan
- Bapangan Ksatrya
- Bapangan Rucah
Kembangan Tayungan Halusan
- Bambangan
- Keputran
- Dadap Impuran
- Dadap Anarogo
- Nayung
- Nyolong Sampur
- Oklah
het is aan te bevelen, de Javaanse termen uit het hoofd te leren
De gewenste kleding op de les
- Een niet te strakke lange broek, waarin men lekker en vrij kan bewegen,
- Een T-shirt of niet te wijde blouse,
- Een riem,
- Een stagen, dat is een stevige buikband, te koop in een Indonesische winkel,
- Een sampur, dat is een soort lange sjaal, ook te koop in een Indonesische winkel.
- Voor later (over ongeveer 5 maanden): een batik kain, liefst met lèrèng-motieven.
- Een batik kain is een lange batik-lap, die om het lichaam wordt geslagen en die zal reiken tot even boven de hielen. Lèrèng-motieven zijn schuin lopende streepmotieven. Zorg ervoor, dat als je lang bent, dat je een brede kain koopt en als je breed gebouwd bent een extra lange.